Organisatie luchtbescherming PZEM 1940 deel 1

Deel 1.



De organisatie van de luchtbescherming is in het leven geroepen met de navolgende bedoelingen:

1 Het leven van de leden van het personeel zo goed mogelijk te beschermen tegen aanvallen uit de lucht.

2 Te trachten de elektriciteitsvoorziening zo goed en zo lang mogelijk te doen functioneren.

Om de beide genoemde punten 1 en 2 te kunnen uitvoeren, zijn de volgende maatregelen getroffen of zullen zo spoedig mogelijk getroffen worden.

  • Een regeling ontworpen voor ontvangst en doorgave van het signaal “luchtgevaar” en “luchtalarm”, zodat het personeel, dat in het bedrijf niet behoeft te blijven, zich zo snel mogelijk kan verwijderen uit de gebouwen en van de terreinen en zich kan ver- spreiden of plaats nemen in de schuilplaatsen.
  • Het instellen van hulpdiensten, als voor brandweer, opruiming, ontsmetting en E.H.B.O. zijn benodigd.
  • Verduistering bij “nacht” van de verlichting door toepassing van het branden der lam- pen op sterk verminderde spanning.
  • Het maken van schuilplaatsen voor het personeel en de hulpdiensten, die uit den aard der zaak aanwezig moeten blijven.
  • Het aanschaffen en doelmatig opstellen van gereedschappen en medicamenten, transportmiddelen, gas en ontsmettingsmiddelen.
  • Het volgen van cursussen in E.H.B.O, gasverkenning e.d. Samenwerking te zoeken met de plaatselijke Luchtbeschermingsorganisaties.

Behalve de hierboven genoemde maatregelen, die enige tijd zullen vorderen, zullen direct de gebouwen gedeeltelijk voorzien worden van bescherming tegen scherfwer- kingen, de ramen geblindeerd worden om de meest kwetsbare delen van de machi-nes voor beschadiging te behoeden.

Indeling personeel

Daar het nodig is de hulpdiensten dag en nacht paraat te hebben, zijn deze verdeeld in ploegen. Deze ploegen zullen zo spoedig mogelijk geoefend worden. In elke ploeg zijn personen opgenomen, die met de verschillende takken van het bedrijf op de hoogte zijn.

Schuilplaatsten

De schuilplaatsen zijn genummerd 1, 2 en 3

No1: is gelegen op het terrein aan de noordzijde van het ketelhuis en ten westen van het schakelhuis en kan een 20-tal mensen opnemen. Deze schuilplaats is scherfvrij, doch niet gasvrij.

No2: is gemaakt van de oude garage naast het tramkantoor. Deze schuilplaats kan 30 mensen bevatten en is ingericht tot noodhospitaal. Tevens zijn al daar de gasmaskers, ontsmettingskleding, stalen helmen en de verbandmiddelen opgeborgen.

No3: is gelegen op het terrein ten zuiden van het kolenpark en zo ver mogelijk van de gebouwen. Deze schuilplaats kan een 22-tal personen opnemen.

In alle drie de schuilplaatsen zijn aanwezig de navolgende gereedschappen:

  • 2 lange breekijzers
  • 1 voorhamer
  • 2 bezems
  • 2 panschoppen
  • 1 hark

Al deze gereedschappen zijn van rode merktekens voorzien en mogen alleen voor luchtbeschermingsdoeleinden worden gebruikt.

No4:  is een stalen schuilplaats opgesteld voor de ketels en biedt plaats voor max. 2 personen en staat alleen ten dienste van de dienstdoende stoker(s).

Wat te doen indien ons land in den oorlog wordt betrokken en wordt aangevallen?

De stad Vlissingen is ingedeeld in gevarenklasse 1; dit betekent, dat de stad met zijn vele bedrijven een doelwit is voor vijandelijke vliegtuigen. Dus ook onze Centrale.

Bij een aanval overdag

Zodra vijandelijke vliegtuigen onze grenzen overschrijden of waargenomen worden, wordt het bericht “luchtgevaar” gegeven. De plaatselijke luchtbeschermingsdienst ontvangt dit bericht en geeft hiervan telefonisch mededeling aan belanghebbenden, die hiervoor genoteerd staan.

Nu is het best mogelijk, dat de gesignaleerde vliegtuigen niet naar Vlissingen komen. Doen ze dit echter wel, dan wordt vanuit de hoofdcommandopost der plaatselijke luchtbeschermingsdienst het signaal “luchtalarm” gegeven.

Nu beginnen de opgestelde Sirenes te loeien, zomede de fabrieksfluiten van de K.M “de Schelde” te blazen. Deze laatstgenoemde fluiten geven dan voortdurende korte stoten te horen.

maskerDe ploeg van de hulpdienst, die op “wacht” is, wordt indien het bericht “luchtgevaar” ons bereikt, direct gewaarschuwd. De betrokken mannen beëindigen direct hun werkzaamheden, hangen hun tas met gasmasker om en zetten hun stalen helmen op. De bij de ploeg ingedeelde gasverkenner heeft vooraf zijn gummilaarzen en handschoenen in zijn schuilplaats ondergebracht.

De leider van de ploeg heeft vooraf ieder van zijn manschappen de plaats aangewe-zen, waar hij zich moet opstellen, b.v.: stel ploeg 1 is op wacht.

Persoon 1 :  bij de werkplaatsen (Kaashoek).
Persoon 2 : bij de Garage.
Persoon 3 : bij de werkplaats van de elektriciens.
Persoon 4:  neemt zelf plaats op het bordes van het schakelhuis.

Zodra nu de sirenes beginnen te loeien, waarschuwen deze vier mannen in de werk- plaatsen en de Centrale, dat “luchtgevaar” is ingegaan door te roepen “SIRENES!!!!”. Dus alleen in die gebouwen, waarvoor zij zijn aangewezen en spoeden zich daarna naar hun schuilplaats die voor hen is aangewezen. Deze maatregel is getroffen, omdat het mogelijk is, dat de sirenes door het lawaai in de Centrale en de werkplaatsen niet gehoord worden.

Persoon 1 (werkplaatsen Kaashoek), vlucht nu naar schuilplaats 2.

Persoon 2 (garage) vlucht naar schuilplaats 3, doet de deur hiervan open en tracht een ordelijke plaatsneming te bevorderen. Hij gaat als laatste naar binnen en sluit de deur.

Persoon 3 : (werkplaats elektriciëns) vlucht eveneens naar schuilplaats 3.

Persoon 4:  (schakelhuis) vlucht naar schuilplaats 1.

De tremmer(s) van de wacht begeven zich naar schuilplaats 1.

schakelpaneelEen halve minuut, nadat het signaal “luchtalarm” is gegeven, schakelt men in de Centrale van “de Schelde” alle stroom af. De schakelbordwachter heeft inmiddels de tramfeeders uitgeschakeld en de omvormer gestopt en regelt nu zijn spanning bij op 3000 Volt.

De machinist heeft de toeren van de in dienst zijnde turbine ook bijgeregeld (belas- ting is sterk afgenomen). Beiden gaan nu met spoed naar schuilplaats 1.

De stoker(s) heeft (hebben) intussen zijn(hun) ketel(s) ingesteld op de veel geringere stoomafname. Stel de ketel liever dusdanig af, dat de stoomspanning langzaam zal teruglopen dan rijzen. Nu stapt hij in zijn scherfvrije schuilplaats of vlucht naar schuilplaats 1.

De voedingpompdruk behoeft niet verlaagd te worden.

Blijft de stoker in zijn schuilplaats voor de ketels, dan kan hij van hieruit de stoomspanning gadeslaan en eventueel meer of minder lucht instellen. Het is van groot belang, dat het blazen van veiligheidstoestellen voorkomen wordt.

De stokers, tremmers, machinisten en schakelbordwachters vergeten vooral niet om hun tas met gasmasker mee te nemen. Bij het eerste signaal “luchtgevaar”, deze tas omhangen.

De stalen helmen gemerkt C. zijn voor het personeel bestemd, dat op wacht is en mogen niet mee naar huis genomen worden.

Tas met gasmasker eenmaal uitgereikt blijven tot nader order in het bezit van het personeel. Zij dragen zorg voor dit masker met toebehoren en men bedenkt steeds, dat een defect masker gelijk staat met geen masker.

Indien nu een der gebouwen getroffen wordt, kan er meer of minder schade zijn toegebracht.

Men tracht zo kalm mogelijk te blijven, uitgaande van het standpunt, dat een ieder de plicht heeft elke paniekstemming te onderdrukken.

Hoort men, dat er automatische schakelaars uitvallen, dan dient u zich er niets van te aantrekken.

Valt de machineschakelaar uit, dan wordt er ook weinig stoom afgenomen. De hulpturbine blijft de condensatie inrichting aandrijven. Wordt echter de condensatie inrichting zelf getroffen, zodat deze stopt, dan zal de turbine als tegendruk turbine gaan werken en zal de stoker bemerken, dat er plotseling veel meer stoom wordt afgenomen. Deze grotere stoomafname hangt natuurlijk af van de belasting, die er was. Het zal van de omstandigheden afhangen, hoe in laatst genoemde gevallen zal moeten worden gehandeld.

machineWordt er een hoofdstoomleiding getroffen in de Centrale, dan tracht men een tussen afsluiter dicht te zetten of de afsluiter direct aan de ketel, onderwind en zuigtrekinrichting direct stoppen, zomede het rooster

Wordt er een hoofdstoomleiding in het ketelhuis getroffen, dan vlucht de stoker direct naar een der zich buiten het gebouw bevindende schuilplaatsen. Men kan het dan in een zeer korten tijd in het ketelhuis niet meer uithouden.

Men zal begrijpen, dat de stedelijke luchtbeschermingsdienst ook de bedrijven in het oog houdt en te hulp snelt, indien waargenomen wordt dat ons bedrijf is getroffen.

In het hospitaal is een zuurstofmasker aanwezig, dat gebruikt kan worden om een met stoom gevulde ruimte te betreden. In zo’n ruimte is een tekort aan zuurstof, hier helpt een gewoon masker niet.

Eventuele gewonden zullen door de leden van de eerste hulpdiensten geholpen wor-den en de leider draagt zorg, dat indien nodig, het transport naar een ziekenhuis zo spoedig mogelijk geschiedt. Zodra het signaal luchtalarm geëindigd, gegeven wordt (luiden der klokken) en het zo mogelijk geven van lange stoten op de stoomfluit door “de Schelde”, gaat een ieder zo spoedig mogelijk weer aan het werk.

Het bedienend Centrale personeel neemt maatregelen om de belasting weer te kunnen opvoeren. Aan “de Schelde” wordt zodra dit kan, bericht, dat zij weer normaal stroom kunnen af nemen.

Wordt het signaal “luchtalarm geëindigd” gegeven binnen een half uur voordat de werktijd zou beëindigd worden, dan is het terugkomen niet meer nodig en komt men dus terug na den schafttijd of den volgenden morgen.

Heeft men echter bemerkt, dat een onzer gebouwen getroffen is of er een inslag van een bom heeft plaats gehad op het terrein, dan gaat men niet naar huis doch meldt zich ten spoedigste bij den leider van den ploeg, die alsdan zal beslissen wat u te doen staat.

1935


 

Kolenschepper
Bronnen : Gemeentearchief Vlissingen Collectie WO2, foto's GAV

Gerelateerde berichten

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.