[vc_row][vc_column width=”2/3″][vc_column_text]Het Molenstrand gelegen onder aan de muur van Altena mag je gerust een strandje met een veelbewogen geschiedenis noemen. Een geschiedenis bestaande uit goede maar ook zeker mindere tijden. Oorlog en natuurrampen hebben hun sporen achtergelaten. Weggespoeld door het zeewater of bedekt onder een flinke laag zand ligt op deze plek waarschijnlijk nog veel resten uit vroegere tijden.
Door de jaren heen neemt onder invloed van wind en de stroming de bovenste laag van het stand af. Deze erosie zorgt ervoor dat geschiedenis zichtbaar wordt.
In 2007 kwam de eerste melding van restanten van een wrak binnen bij de Walcherse Archeologische Dienst. Naar aanleiding hiervan werd er een kleinschalig onderzoek uitgevoerd. Na een derde melding in 2018 start er een beperkt onderzoek waar Maritieme Archeologen en de Walcherse Archeologische dienst samenwerken. Het doel is om vast te leggen wat voor soort wrak het is.[/vc_column_text][/vc_column][vc_column width=”1/3″][vc_single_image image=”9945″ img_size=”medium” alignment=”center” style=”vc_box_rounded”][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]In krantenartikelen en archiefstukken worden vaak benamingen gebruikt die niet direct terug te vinden zijn op oude plattegronden. Mijn archiefonderzoek heeft zich gericht op het gebied tussen het Westerhoofd (W) en Zaagmolenhoofd (Z). De tussenliggende paalhoofden dragen de namen Oosterhoofd (O) en Rijsenhoofd (R)[/vc_column_text][vc_text_separator title=”Geen vieze handen gekregen”][vc_column_text]Mijn betrokkenheid heeft zich enkel gericht op archiefonderzoek. Dit archiefonderzoek heeft plaatsgevonden in het Gemeentearchief in Vlissingen. Verder heb ik tekeningen uit het Nationaal Archief bekeken voor aanwijzingen en verschillende online bronnen geraadpleegd.
Archiefonderzoek heeft in ieder geval duidelijk gemaakt dat het aantreffen van een wrak op het Molenstrand verklaarbaar is. Hierbij kan ik ook gelijk melden dat het niet duidelijk is geworden wat het exacte verhaal achter het wrak is. Tijdens het archiefonderzoek blijkt al snel dat er een zeer kleine kans is dat het wrak stamt uit de 20e eeuw. In archieven kom ik geen strandingen / ongelukken tegen ter hoogte van dit gebied.[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]Dit in tegenstelling tot de eeuwen daarvoor. In de 18e en 19e eeuw zijn er meldingen van scheepsongelukken en strandingen. Omdat een schip de broodwinning is van vele doet men bij een stranding er alles aan om het te los te trekken. Lukt dit niet, en is het schip verloren dan zal met het proberen te bergen. Hout van scheepswrakken is geld waard.
Veelal betreft het hier de kleine formaat schepen. Ondertussen blijkt bij onderzoek in het veld dat het een groot formaat schip betreft. Groter dan in eerste instantie gedacht. Met deze kennis levert het archiefonderzoek niet de informatie op die ons wijzer zal maken over het hoe en waarom van het wrak.
Veelbelovend blijkt de periode 1809 te zijn. Eind december, vlak voor hun terugtocht naar Engeland, vernielen Engelse soldaten nog verschillende schepen. Daarbij raast er in dezelfde maand ook nog een zuidwesten storm over de Schelde met alle gevolgen van dien.[/vc_column_text][vc_single_image image=”9950″ img_size=”large” add_caption=”yes” alignment=”center”][vc_text_separator title=”Paalhoofden”][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column width=”1/2″][/vc_column][vc_column width=”1/2″][vc_single_image image=”9952″ img_size=”large” add_caption=”yes” alignment=”center”][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_text_separator title=”Bevindingen archiefonderzoek”][vc_column_text]In de Koninklijke Courant van 17 januari 1810 staat een artikel waarin eskader-adjudant Frederik Dubourg melding maakt van vernielingen door de Engelsen. Deze vernielingen hebben betrekking op vaartuigen gelegen in de haven, in de buurt van de haven of voor de vestingwal.
Over het Voordok tot aan de ketting1 schrijft hij “ De vijand heeft aldaar schuiten laten zinken, die het gemakkelijk zal zijn op te halen, al men zulks zal verkiezen. Op de bank 2, genaamd de ‘Koninklijke Hollander’ 3, is eene groot menigte wrakken van schepen en modder geworpen, welk er den grond van nagenoeg gelijk met de zee bij laag tij verheft. Er zijn aldaar ook tien stukken kanon ingeworpen “.
Verder maakt de eskader-adjudant in het artikel nog melding van een Engelse Brik gelegen bij het Westerhoofd die licht beschadigd is. Daarentegen is een ander schip wat in de buurt ligt in brand gestoken.[/vc_column_text][vc_separator][vc_column_text]In het boek 4 “ Kort en onpartijdig verhaal der Expeditie der Engelschen op de Rivier de Schelde, opgesteld door een ooggetuigen. 1810, bij J.H Sweben, “ worden een aantal zaken duidelijker beschreven.
In December 1809 zijn er nog weinig Engelse soldaten in Vlissingen aanwezig. Deze wachten op een gunstige wind om uit te zeilen . Doordat inschepen niet aan de orde is verblijven zij aan de wal en worden er doelbewust vernielingen aangericht. Veelal uit tijdverdrijf.
Zo is er sprake van een gestrand transportschip gelegen bij het Westerhoofd en dit schip wordt in brand gestoken. Ook wordt er melding gemaakt van een met stenen en kogels gevuld afgezonken schip.
Op 11 december 1809 loopt er een transportschip op het strand vast en wordt terwijl deze nog aan de grond zit in brand gestoken.
Rond dezelfde datum ligt er ook nog tussen de oostelijke paalhoofden een gestrand transportschip waarvan de mast ontbreekt. De Engelsen hebben ook dit schip in brand gestoken en achtergelaten .[/vc_column_text][vc_column_text]Niet alleen de vernielzucht van de Engelsen heeft voor heel wat schade gezorgd. De natuur heeft ook zijn best gedaan. In de nacht van 11 december raast een zuidwesten storm over de Schelde. Deze brengt flinke schade toe aan Engelse schepen die op de Reede van Vlissingen liggen.
Zo zinkt er een brik 6 met onder andere koopwaren en een aanzienlijke hoeveelheid geld net buiten het Westerhoofd. Slaat een andere brik met wijn en bonen geladen tegen het paalhoofd en zinkt.
Ook stranden er 26 transportschepen op de kust gelegen tussen de Zuidwatering ( Ongeveer ter hoogte van Ritthem ) en het Westerhoofd te Vlissingen.[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_text_separator title=”Samenvatting”][vc_column_text]Bij het wrak gevonden op het Molenstrand is het goed mogelijk dat het afkomstig is uit de periode van voor 1810. Naar aanleiding van archiefonderzoek en een krantenartikel5 is er een kans dat het een transportschip betreft. Hierbij is het goed mogelijk dat dit schip slachtoffer is geworden van de Engelse vernielzucht waarbij het eerst bewust of door een storm op het strand is gezet. Zeer aannemelijk is dat het schip is verzwaard, en daarbij ook in brand is gestoken.
Na het gereedkomen van het rapport realiseerde ik mij nog een optie waarom het wrak daar ligt. Het is mogelijk dat het niet de oorspronkelijke lokatie is. Misschien is het schip wel verplaatst om de haventoegang vrij te maken. Het Molenstrand zou dan een logische plek zijn.[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_separator color=”black” border_width=”3″][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text css=”.vc_custom_1532028700769{border-radius: 1px !important;}”]1 Met een ketting werd in vroegere tijden de haven afgesloten, dit kan dus slaan op het Westerhoofd maar ook op het Rijsenhoofd. Dit wordt mij niet duidelijk. Bron : H.P. Winkelman , Geschiedkundige Plaatsbeschrijving van Vlissingen , 1873, P.G De Vrij Mesdagh
2 Met de ‘bank’ wordt bedoeld de plek die bij laag water droog komt te liggen en waar schepen gingen ‘banken’ om vis uit te laden of voor onderhoud.
3 De bank met de naam ‘ Koninklijke Hollander ‘ kan gelegen hebben in de buurt van het Oranje Bolwerk ( Gebouwd in opdracht van Prins Maurits ) , dit zou het Molenstrand kunnen zijn.
4 Gemeentearchief Vlissingen Bibliotheeknummer A113, blz 34 en 35
5 Koninklijke Courant van 17 januari 1810
6 De brik is een betrekkelijk klein, snelvarend zeilschip met twee masten dat al in de 16e eeuw voorkwam. Het werd in de 17e eeuw als bewapende koopvaarder en slavenhaler gebruikt door de VOC. Als oorlogsschip was het type tot in de negentiende eeuw in gebruik, bewapend met 12-18 vuurmonden. Een brik heeft twee vierkantgetuigdemasten, aangevuld met stagzeilen. Achter de grote mast bevindt zich een langsscheepszeil, het ‘brikzeil’.[/vc_column_text][vc_separator color=”black” border_width=”3″][vc_column_text]Bronnen:
Foto : Maritiem archeologen van ADC aan het werk bij het wrak in 2018 © ADC
Uitgelichte afbeelding : bewerking van een afbeelding van Willem Anthonie van Deventer 1854
Afbeelding : Zicht op Vlissingen.GAV FA13760 Foto van een afbeelding van Vlissingen (potlood, zwart krijt, penseel in grijs) door de bekende zeeschilder J.C. Schotel (1787-1838). Het orgineel bevindt zich in het Amsterdams Historisch Museum (598 bij 914 mm; inv. nr. A.10835, neg. nr. 7124/3).
Kort en onpartijdig verhaal der Expeditie der Engelschen op de Rivier de Schelde, opgesteld door een ooggetuigen : Gemeentearchief Vlissingen Bibliotheeknummer A113, blz 34 en 35
Brik : Wikipedia
[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]
10 reacties
miracles65
Heel interessant. Leuk gedaan.
Theo de Badts
Voor de bovengemiddeld in de Vlissingse geschiedenis geïnteresseerden een erg interessante opbrengst van je inspanningen! Dank en dikke complimenten!
Hopelijk voor nieuwkomers een inspiratiebron om de stoere, mooie en bewogen geschiedenis van Vlissingen beter te leren kennen.
Ies Bijleveld
Weer een waardevolle aanvulling van een stukje geschiedenis op een voor Vlissingen historische plek. Dank daarvoor!
Albert Duynstee
Grote bewondering voor je doorzettings vermogen. Hou vol, het is het waard
J, Rus
Jaap Rus: Dat Molenstrand blijkt een vergaarbak van Vlissingse maritieme historie te zijn. Ga zo door Edwin!
Kees Walter
‘k Was in mei 2018 in Vlissingen (na vele jaren !!!). Zag daar enkele mensen op het strand aan het graven. Geen idee wat dat was. Nu opgelost ! Geweldig dat er mensen zijn die proberen de heel oude geschiedenis na te zoeken. Zo gaat het indrukwekkende verleden van Vlissingen meer en meer leven. Dank !!!
Kees Walter (Geb.1939 te Vlissingen (Oostelijke Bermweg), nu wonend in Apeldoorn)
jaapvanklinken (@jacobvanklinken)
interessant stuk
leo van loon
interessant stuk en goede informatie gr Leo
Edwin Tilroe
Dank je wel
Doeke Roos jr.
Leuk Edwin. Goed werk. Met belangstelling gelezen.